Blog: Zelfmoord onder jongeren

Zelfmoord is al jaren de belangrijkste doodsoorzaak onder jongeren. Een zwaar onderwerp waarbij jongeren, maar ook hun ouders en professionals zich vaak ongemakkelijk en machteloos bij voelen.  We vinden het moeilijk om hierover met jongeren in gesprek te gaan, omdat we de ingewikkelde processen die aan zelfmoordgedachten ten grondslag liggen, onvoldoende begrijpen. Professionals vragen zich dan, net als bij signalen van kindermishandeling, af of ze schade kunnen berokkenen wanneer ze ernaar vragen. En dus gebeurt het niet, of mist men de signalen (Augeo januari 2020). 

In een artikel van Trouw op 28 januari 2020 wordt beschreven dat Stichting 113 Zelfmoordpreventie het drukker heeft dan ooit. Medewerkers voerden vorig jaar ruim 93.000 gesprekken met suïcidale mensen via de telefoon en chat, bijna drie keer zoveel als in 2016.  Volgens 113 psycholoog Judith de Heus speelt de toegenomen naamsbekendheid van 113 een rol. Mensen weten de stichting beter te vinden. Maar de stijging houdt mogelijk ook verband met gebrek aan goede zorg. De organisatie luidde al eerder de noodklok over de stijging van het aantal jongeren dat recent zelfmoord pleegde. Nabestaanden vinden dat de zorg voor deze groep onvoldoende is. Vaak belanden jongeren op een wachtlijst of in een ‘vicieuze cirkel’ van doorverwijzingen. 

Zelfmoordgedachten ontstaan praktisch nooit enkel door één gedachte. Meestal zijn er meerdere factoren die ten grondslag liggen. Je kan hierbij denken aan de volgende factoren: 

 1. Biologische factoren: hormonen zijn bijvoorbeeld belangrijk voor hoe je je voelt. 2. Psychologische factoren: hoe tevreden is iemand over zichzelf, zelfbeeld en zelfvertrouwen, is iemand impulsief en hoe goed kan iemand problemen de baas. 3. Psychiatrische aandoening: depressie, verslaving en persoonlijkheidsstoornissen zoals schizofrenie maken iemand kwetsbaarder. 4. Sociale factoren: heeft iemand een fijne familie en vrienden, een baan waarmee hij of zij zelf geld verdient, een fijne studie en zijn er in het verleden nare dingen gebeurd, zoals het verlies van een dierbare of traumatische gebeurtenissen? 

Daarnaast vormen voor jongeren de overgang van pubertijd naar vroege volwassenheid vaak een wankele fase. Wie een nare jeugd heeft gehad, erfelijk belast is met een neiging 

tot depressie of zich niet geaccepteerd voelt zoals hij is, kan soms sneller dan een volwassene tot onomkeerbare daden komen.  

Behandeling van zelfmoordgedachten is mogelijk. Het is vooral van belang dat er een goede band is met iemand anders. Dat kunnen ouders zijn, een vriend(in) of een sportcoach. Ook is het van belang dat huisartsen, scholen en hulpverleners beter weten te signaleren. Het schijnt dat de helft van de mensen die suïcide pleegt, in de maand daarvoor naar de huisarts gaat met klachten als vermoeidheid en pijn. Daarnaast zijn er verschillende behandelingsvormen en therapieën die effectief zijn voor mensen met zelfmoordgedachten. Denk aan cognitieve gedragstherapie, oplossingsgerichte therapie of neurobiologische interventies, zoals het onderzoeken van de juiste medicatie. Bij zeer ernstige aandoeningen kan een opname ook een overweging zijn. 

Vanuit Stichting 113 zijn er verschillende interventies die helpend zijn als je iemand in je omgeving kent met suïcidale gedachten. Ook als jezelf worstelt met deze gedachten is Stichting 113 ervoor om je te helpen. Het is belangrijk om er met iemand over te praten, de juiste vragen te stellen en begrip te tonen. De stichting heeft ook op de website een online training suïcidepreventie. Deze kan kort doorlopen worden als je het vermoeden hebt dat iemand in je omgeving aan zelfmoord denkt.  

Hoe dan ook, praten over zelfmoord is belangrijk. Je kunt er een leven mee redden! 

Ben of ken jij iemand die denkt aan zelfdoding? 

Op www.113.nl lees je meer over wat je kunt doen als jij deze gedachten hebt of als je je zorgen maakt over iemand anders.